(Zie ook Mindfulness!)
Een rustmoment in het UMC/WKZ *)
Druk, doorlopen, deadlines….soms zou je even pas op de plaats willen maken, even adem halen. Gerda van der Vlist, applicatie beheerder en werkzaam op de polikliniek, doet dit door zich even terug te trekken in het Stiltecentrum om een kwartiertje te mediteren. Een interview.
Gerda, kom je elke dag in het Stiltecentrum?
“Ja, elke dag dat ik op het werk ben vind je mij tussen kwart over twaalf en half een in het Stiltecentrum waar ik 15 minuten in stilte doorbreng. Dit compenseer ik weer door een kwartier langer door te werken.”
Er zijn meerdere vormen van meditatie; wat doe jij?
“Meditatie vind ik eigenlijk niet het goede woord ervoor, veel mensen associëren dat met zweven. Voor mij is het een bewustwording van het hier en nu en van mijn lichaam. Ik doe mijn ogen dicht en ga met rechte rug zitten met twee voeten op de grond en ervaar hoe mijn lichaam aanvoelt. Voel ik ergens spanning, pijn? Zo ja, dan probeer ik dit te ontspannen door bijvoorbeeld even die spieren aan te spannen en te ontspannen. Zit ik goed, dan concentreer ik mij op mijn ademhaling. Naast de concentratie op het hier en nu, zoals ik al eerder aangaf, gaat het ook om gedachten los te laten, voorbij te laten gaan. Ik vind het concentreren door middel van de ademhaling fijn om te doen omdat dit ook meteen een lichaamsbewustzijn geeft. Ik adem in en uit en tel hierbij van een tot tien. Ben ik weer bij tien dan ga ik terug naar een. Dat kan lastig zijn, want je bent zo afgeleid. Dat is niet erg, het hoort er bij dus accepteer zoals het is. Als ik afgeleid ben begin ik weer met tellen, want gedachten wegdrukken werkt niet. Wel kun je door oefening steeds meer ‘getuige worden’ van de gedachten en ze voorbij laten gaan zonder er iets mee te hoeven. Bij meer ervaring worden je gedachten minder. Je kunt dan in een andere bewustzijnstoestand komen waar het stil is en tijdloos. Door het concentreren op één ding ontspant je lichaam en geest. En dat zorgt na twee à drie weken al voor een vermindering van (werk)stress.”
Jij had het over meerdere manieren om te kunnen focussen?
“Ja, naast ademhaling kun je je concentreren op je lichaam, je kunt ook een woord of een mantra nemen en dit steeds herhalen. Wat ook goed gaat, is kijken naar de vlam van een kaars. Stilzitten is niet de enige manier van ‘in aandacht’ zijn. Er zijn meerdere vormen mogelijk als je beseft dat het om concentratie en bewustwording gaat. Bijvoorbeeld als je naar het AZU of het toilet loopt, dan kun je je concentreren door je aandacht bij het lopen te houden. Een ander voorbeeld is in de natuur bewust om je heen kijken. Of met aandacht luisteren of echt proeven wat je eet of drinkt. Maar ook: je bent druk en ervaart stress. Als je dan driemaal bewust adem haalt geeft dat al ontspanning.”
Wat is de essentie van mediteren?
“Voor mij is de essentie aandacht schenken aan wat zich voordoet van moment tot moment zonder oordelen. Vorig jaar ben ik eens vaker gaan kijken naar mijn gedachten. Ik ontdekte dat ik vaak met mijn gedachten in het verleden zat of in de toekomst. Ik was dus niet in het hier en nu, niet bij datgene waar ik op dat moment mee te maken had. Natuurlijk mag je verlangens hebben voor de toekomst of terugkijken naar het verleden, maar door bewust in het nu te zijn geniet je ook van wat je nu hebt. En dat kun je bereiken door meditatie, ofwel bewustwording door middel van technieken. Het voordeel is dat je voorkomt dat gedachten en gevoelens met jou op de loop gaan. Je laat ze voor wat ze zijn en brengt je aandacht terug naar het moment.”
Wat heeft het jou opgeleverd, wat is het verschil?
“Ik mediteer nu een paar jaar hier in het WKZ. Privé ben ik hier al mee bezig vanaf 2002. Ik ervaar minder stress en ik zit hierdoor lekkerder in m’n vel. Het is een behoefte geworden en geen verplichting. En wat is een kwartiertje per dag? Ik kan het iedereen aanraden. Daarom wil ik collega’s uitnodigen om gebruik te maken van ons Stiltecentrum.”
Wilt u meer weten of een korte instructie? Dan kunt u contact opnemen met Gerda.
*) Dit interview verscheen in januari 2009 in het blad Scoop van het UMC/WKZ.